De handel in slaven (1637-1863) druk de tekst af
In 1602 werd de VOC opgericht, de Verenigde Oost-Indische Compagnie. Later in 1621 werd de West-Indische Compagnie, de WIC, opgericht. De VOC en de WIC waren bedrijven. Met de VOC begon de Gouden Eeuw, een periode waarin veel geld werd verdiend. De VOC zorgde voor de handel met Azië. De WIC zorgde vooral voor de handel met Amerika.
Dankzij de VOC en de WIC werkten handelaren in Holland en Zeeland samen. Met geld van de handelaren werden schepen gebouwd. De schepen voeren naar Afrika, Amerika en Azië. Daar kochten de Hollandse handelaren onder andere peper, koffie, thee en suiker. Producten die in Europa niet voorkwamen en die veel geld waard waren. De schepen kwamen terug met deze producten. Deze producten werden verkocht met veel winst. Zo verdienden de handelaren veel geld. Door de handel in koffie kon veel geld worden verdiend. Suiker, thee en peper leverde ook veel geld op.
De Hollandse handelaren handelden zelfs in mensen. In Amerika en in Suriname waren slaven nodig.
De slaven moesten daar werken op de plantages. Op de plantages werd suikerriet, koffie en andere gewassen verbouwd. De handelaren kochten de slaven in Afrika. Ze brachten de slaven met schepen van de WIC naar Amerika.
De slaven waren geboeid. Ze waren hun vrijheid kwijt. De slaven werden in het schip geladen. Er konden 300 slaven of meer in een schip.
De reis over de zee naar Amerika was vreselijk. De slaven zaten tijdens de reis opgesloten in het schip. De lucht in het schip was vies en stonk. Veel slaven werden ziek tijdens de reis naar Amerika. En veel slaven gingen dood tijdens de reis. In Suriname verkochten de handelaren de slaven. Ze verkochten de slaven aan de bazen van de plantages. De handelaren verdienden veel geld aan de handel in slaven. En de slaven werden gedwongen om op de plantages te werken. Slaven die probeerden te vluchten, werden zwaar gestraft.
Vanaf 1800 waren steeds meer mensen tegen de handel in slaven. Het was niet menselijk. In 1863 kwam er een wet en de handel in slaven werd verboden.
Nu wonen in Nederland veel mensen uit Suriname. Sommigen van hen voetballen in het Nederlands elftal. Het zijn de kinderen van de kinderen van de kinderen van de slaven uit Afrika.