Niveau A2 - Schrijven - Brief 3
Lees eerst de opdracht, en de woordenlijst. Lees ook het voorbeeld.
Maak dan de oefeningen. Druk daarna de schrijfopdracht af en maak hem.
'Sorry voor de overlast'
opdracht
Je geeft morgenavond een feest.
Er komen veel mensen.
De buren zullen dus wat last van lawaai hebben.
Je belt aan bij de buren.
Je wilt de buren vertellen over het feest.
Ook wil je ze vragen te komen.
Maar de buren zijn niet thuis.
Daarom schrijf je een briefje voor je buren. Gebruik de volgende woorden:
– morgenavond
– feest
– druk
– veel mensen
– lawaai
– begint
– duurt
– nodig … uit
Schrijf hele zinnen.
Woord | Betekenis |
---|---|
1. plaatsnaam | de naam van de stad of het dorp waar je bent als je de brief schrijft |
2. de geadresseerde | de persoon die de brief krijgt |
3. de afzender | de persoon die de brief schrijft |
4. de aanhef | Wat er boven de brief staat (bijvoorbeeld: ‘Lieve Marja,’ |
5. de afsluiting | Wat er onder de brief staat (bijvoorbeeld: ‘Groeten van Jan’. |
6. het excuus | Dat je ‘sorry’ zegt |
Amsterdam, 23 oktober 2018
Beste buurman,
Ik wilde je iets vertellen, maar je bent niet thuis.
Daarom schrijf ik maar een briefje.
Morgenavond vieren wij het einde van de ramadan.
We geven daarom een feest.
Er komen veel mensen.
Je zal misschien wat last hebben van het lawaai.
Het feest begint om 8 uur en het duurt tot 11 uur.
Ik nodig jou ook uit om te komen.
Ik hoop dat je kunt komen.
Hopelijk tot morgenavond,
Ahmed